Als je werkt in de agrarische sector is de kans po RSI groot. In 57% van de gevallen is het werk van een agrariër namelijk repeterend. Landelijk is dat 35%. En daarbij komt nog de kans op het vergelijkbare KANS: klachten aan arm, nek en schouder. Het onderscheid tussen die twee begrippen is nogal verwarrend. RSI zijn werkgerelateerde blessures die worden veroorzaakt door telkens dezelfde beweging te maken. KANS is breder. Daar vallen ook niet-arbeidsgerelateerde klachten onder. Welk werk je doet of je oud of jong bent KANS en RSI liggen overal op de loer.
Slim omgaan met fysieke belasting tijdens werk
Als je veel fysiek werk doet, kan een werkdag een flinke belasting voor je lichaam zijn. Je lijf staat dan de hele dag onder spanning. Dat merk je vaak aan het einde van een werkdag, wanneer je moe thuiskomt. Of wanneer je spierpijn hebt of last van je rug of nek. Vermoeidheid hoort gewoon bij je werk, net als af en toe een pijntje. Maar als je vaak klachten hebt, moet je je afvragen of je niet een grens bent overgegaan.
Bepaal je werkbelasting
Fysieke belasting op je werk komt op verschillende manieren voor, bijvoorbeeld door tillen, duwen, trekken, veel lopen en langdurig staan. Ook trillingen zorgen voor fysieke belasting. Zoals het gebruiken van een boormachine of het rijden op een heftruck. Al deze vormen van belasting hebben effect op je lichaam. Het is belangrijk dat je jezelf niet te veel belast. Daarom moet je weten hoe zwaar de belasting is waarmee jij te maken hebt én hoe vaak en hoe lang je lichaam die belasting ervaart. Als je een keer een krat optilt van 40 kg, dan is dat geen probleem. Maar als je dat 30 keer per uur doet en 8 uur per dag, dan is het een ander verhaal.
Er zijn regels waarmee je de juiste balans kunt bepalen tussen de fysieke belasting van je werkzaamheden en je lichamelijke belastbaarheid of conditie. Die regels geven je een goed houvast om de kans op klachten te beperken. Een voorbeeld: als je verschillende keren per uur iets zwaars tilt, dan mag het gewicht niet meer dan 23 kg zijn. Voor een metselaar die continu aan het tillen is, ligt dat gewicht op 18 kg. Op deze manier houd je rekening met de fysieke belasting van je werk. Maar je houdt natuurlijk nog steeds de dagelijkse fysieke belasting van je werkzaamheden.